10 schokkende feiten over kattenvoer
Droogvoer is de nummer 1 verkochte diervoeding, we kiezen het voer op basis van smaak en geloven de dierenarts zijn voedingsadviezen. Maar is dit wel het beste voor je kat?
Toen ik deze website begon, had ik nooit gedacht dat kattenvoer zo’n uitgebreid onderwerp zou zijn. Maar als je dieper graaft, vind je een paar schokkende feiten over wat we onze kat geven. Hieronder mijn grootste eye-openers.
Droogvoer is *niet* het beste voor je kat
Laat ik aftrappen met een grote: we zijn verknocht aan het idee dat brokjes goed zijn voor onze kat. Helaas, het is niet zo. Brokjes zijn op zoveel manieren slechter voor je kat dan blikvoer of rauw voer.
Het is biologisch ongeschikt voor een vleeseter om eiwitten te krijgen uit planten in plaats van dieren. Het eiwitpercentage alleen is geen goede indicator, je wilt dat het komt van gespecificeerde vlees of vleesmelen.
Daarnaast zitten in brokjes – door de grote hoeveelheid planten – veel koolhydraten. Deze zijn bijna in zijn geheel onbruikbaar voor je kat en worden opgeslagen als vet.
Brokjes bevatten ook maar weinig vocht. Hierdoor krijgen katten aan het eind van de dag minder water binnen op droogvoer dan op natvoer, ondanks dat ze met droogvoer meer drinken.
Denk ook aan conserveringsstoffen. Een ingeblikte pot is een van de oudste manieren om voedsel vers te houden – al in 1809 werd het gebruikt voor Franse troepen. Brokjes daarentegen zitten in een zak en hebben daarom meer conserveringsmiddelen nodig.
Brokjes zijn gelinkt aan een hele rits aan medische problemen door deze eigenschappen. Uitdroging, urinewegproblemen, nierproblemen, obesitas, suikerziekte, kanker zijn hier enkelen van.
Brokjes zijn niet beter voor de tanden dan natvoer
Ik hoor het ook vaak. We denken massaal dat brokjes beter voor de tanden zijn dan natvoer. De brokjes schuren als het ware de tanden schoon is de aanname. Dit is voor niet waar.
Katten hebben scherpe tanden. Zelfs hun kiezen zijn scherper dan onze tanden. Hun bek kan amper een zijwaartse beweging maken. Ze scheuren hun maaltijd in stukken, maar kauwen zoals wij dat doen kunnen ze niet. Daardoor ‘schuurt’ er amper iets.
Tevens is het een gekke aanname. Het klinkt een beetje alsof koekjes goed voor ons zijn, want dat schuurt onze tanden schoon. Als je het met me eens bent dat dit absurd klinkt, ben je het vast ook met me eens dat brokjes met hun hoge suikergehalte helemaal niet bijdragen aan mondhygiëne.
De dierenarts verkoopt geen "premium" voer
Jammer en misschien een beetje verontrustend, maar niet gek: Dierenartsen worden medisch opgeleid, niet als voedingsspecialist. Binnen de opleiding is maar beperkt tijd voor het voedingsonderwerp en in de dierenartspraktijk komt een diervoeder de voorlichting geven. (Geldt overigens niet voor alle dierenartsen!).
Daardoor is het ook voor hun moeilijk om goed voer aan te bevelen. Dit geldt voor zowel regulier voer als speciaal voer bij aandoeningen. In mijn optiek is het een voorbeeld als je dierenarts brokjes aanraad.
Vooral de veterinary lijnen baren me zorgen. Alhoewel het misschien makkelijk is om een speciaal voer voor de nierwerking aan te bieden bij nierproblemen, is dit niet per se het juiste. Nog een voorbeeld zijn brokjes voor een kat met urinewegproblemen. Juist meer vocht kan de urinewegen schoon houden van blokkades. Hoe hier brokjes voor aangeraden worden, is me een raadsel.
De prijs bepaalt de kwaliteit niet (alleen)
Goedkope ingrediënten maken een product goedkoper om te maken. Zo zijn planten goedkoper dan vlees. Ook zijn bijproducten goedkoper dan spiervlees. Als een producent zijn product voor bijna niets kan verkopen, moeten de ingrediënten wel van slechte kwaliteit zijn. Vaak is het product hoog in koolhydraten en bevat het een slechte kwaliteit eiwitten.
Duurder voer echter hoeft niet per se beter te zijn. Dit heeft te maken met overhead kosten van een bedrijf. Denk bijvoorbeeld aan merken die op TV reclames hebben. Dit wordt meegerekend in de kosten per zak kattenvoer.
Toch is beter voer wel vaak duurder. Dat heeft dus te maken met de kwaliteit van de ingrediënten. Voorbeelden zijn het gebruik van spiervlees in plaats van restjes vlees en organen in plaats van kippenpoten. Ook maken ingrediënten die gebruikt worden voor menselijke consumptie en/of biologische ingrediënten het eindproduct vaak duurder (alhoewel dit laatste niet per definitie een beter product maakt!).
Laat dus liever de supermarkt merken staan en ga op zoek naar iets beters!
De smaak maakt voor je kat *meestal* niets uit
We denken dat katten een sterke smaaksensatie hebben. Daarom kiezen we voor voer ‘met kip’, ‘met tonijn’ of misschien ‘met rund’. Gek eigenlijk dat er geen ‘muissmaak’ of ‘vogeltjessmaak’ is. Maar katten kiezen hun voer veel meer op basis van geur en textuur, en niet zozeer op smaak. Smaak is pas de tweede pijler.
Daarnaast zijn er nog meer problemen met kiezen op basis van smaak. ‘Met kip’ betekent dat er minimaal 4% kip inzit. En vaak ook niet meer. Als maar 4% kip is, smaakt het dan wel echt naar kip? Ik betwijfel het (alhoewel ik het niet geproefd heb :) )
Ook interessant: smaakmakers worden aan de buitenkant van brokjes gespoten om zo smakelijk mogelijk te ruiken voor je kat. Een soort spray teint voor brokjes. Die smaakmakers en vetten doen meer dan dat beetje kip.
Tegelijkertijd zijn we weggeleid van de voedzaamheid. Als je het met me eens bent dat katten vleeseters zijn, weet je dat ze voornamelijk dierlijke proteïne nodig hebben. Schokkend genoeg zit dit in heel veel merken kattenvoer niet – het bestaat grotendeels uit plantaardige eiwitten en veel koolhydraten.
Zorg dat je meer weet over wat voedzaam is voor je kat en wat niet – en je kunt al veel betere keuzes maken.
Een raskat heeft geen speciale voeding nodig
Nog een manier waarop we voer selecteren is op basis van levenstijl en/of ras. Is jouw kat een binnenkat of buitenkat? Een Britse korthaar of een Pers? *Gelukkig* hebben verschillende merken hiervoor apart voer gemaakt.
Huh, is dat niet raar? Zouden wij ook anders moeten eten omdat we meer of minder buiten komen? Omdat ik uit Nederland kom en iemand anders uit Zuid-Afrika, Mexico, Vietnam of Canada?
Een kat is een kat. Als het voer niet soort-geschikt is, waarom zou je je dan druk maken om ras of activiteit geschikt? Toegegeven, inactievere binnenkatten hebben minder energie nodig, maar niet een heel ander soort voer. En zeker niet de ladingen aan koolhydraten die ik geregeld aantref.
Variëren met voer is belangrijk
We variëren niet met kattenvoer. Waarom eigenlijk niet? Producenten doen ons geloven dat dit niet goed is. Waarom? Om merkloyaliteit te krijgen. Daarom staat er ook ‘compleet en gebalanceerd’ op verpakkingen, want dan hoef je immers niets anders te voeren.
Tevens kunnen katten die al lang op hetzelfde voer zitten op nieuw voer reageren met diarree en overgeven. Of ze lopen er gewoon voor weg. Misschien smaakt het ze niet, vragen we ons af. Mijn theorie is dat katten niet herkennen als voer.
Eigenlijk is dit advies van ‘varieer niet met het voer’ heel gek. Wat zouden ze in het wild eten? Een muis, rat, koolmeesje, insecten? Ze beperken zich niet tot één voedingsbron. Ze zijn niet kieskeurig in wat ze eten, zolang het maar goed ruikt.
Juist variëren van voer zorgt voor een betere balans in het voer. Aangezien wetenschappelijk bewijs niet duidelijk is over hoeveel ze minimaal en maximaal van allerlei verschillende stoffen nodig hebben, is het slim te variëren om een uitgebreid voedingsstoffenpalet aan te bieden.
Bovendien worden ze dan ook minder ‘kieskeurig’ of ‘eenkennig’ en is het makkelijker te switchen van voer vanwege medische complicaties. Als je kat al jaren hetzelfde eet, dan kun je ervoor kiezen om eens langzaam te gaan experimenteren met verschillende soorten voer. Uiteindelijk gaat het erom dat hij op weekbasis gevarieerd eet – op dagbasis doet het er minder toe (net zoals bij ons eigenlijk).
Graanvrij is niet *altijd* beter
Er is een hele hype gaande over graanvrij voer waar de diervoedingsindustrie dankbaar op in speelt. Vaak wordt gesteld dat granen de koolhydraten oppompt in voer. En dit is waar.
Toch betekent graanvrij niet koolhydraatarm is. Want de slimme pet food industrie vervangt gewoon tarwe met aardappel, graan met rijst en gerst met erwten. Done, graanvrij, maar misschien nog steeds mét een hoop koolhydraten. En dus nog steeds biologisch ongeschikt.
Laat je niet gek maken met graanvrije producten, maar blijf de ingrediënten en voedingstabel analyseren. Het gaat niet om graanvrij, maar om koolhydraatarm.
(Graanvrij is wel zinvol bij een glutenallergie. Dit komt echter maar heel weinig voor onder katten. Bovendien blijft voer met veel koolhydraten ongeschikt).
Onbeperkt brok werkt niet bij elke kat
Sommige beweren dat brokjes katten dik maakt. Dit is de halve waarheid. Vaak worden brokjes gegeven volgens de free-feeding methode. Ze worden continue aangevuld en blijven de hele dag ter beschikking staan. Anders wordt de kat hongerig, zo wordt gedacht.
En die gedachte is niet heel gek. Katten hebben maar een kleine maag en eten in het wild meerdere porties per dag.
Maar ongecontroleerde hoeveelheden zorgt vaker voor overvoeren en overeten. Zeker bij verveelde (vaak binnen) katten die niets anders te doen hebben. Dit leidt makkelijker tot overgewicht.
Daarom werken afgewogen maaltijden beter. Je weet hoeveel kcal je kat nodig heeft en geeft niet meer. Je kunt ook een afgewogen portie de hele dag laten staan. Dat kan werken, ook met natvoer. Zo kan hij wat eten wanneer hij wil. Het moeilijke is dat sommige katten alsnog alles snel opvreten (zoals voormalige zwerfkatten of in meervoudige kattenhuishoudens) onder het mom 'straks is het weg'. Door portiecontrole bepaal jij hoeveel hij in één keer kan eten.
Rauw voeren is niet per se beter dan commercieel voer
Glad ijs waarop ik me begeef, maar lees even verder. Bij vers voeren (KVV, BARF) weet je precies/beter wat je aan je kat geeft. Het is gebaseerd op biologisch geschikte componenten, zoals dierlijke eiwitten en vocht in het voer.
Helaas denken sommigen dat dit betekent dat je wanneer ze elke dag een kipfilet of biefstukje voorzet het wel goed zal zijn. Dit is alsof jezelf elke dag alleen maar aardappels eet. Dit is niet divers genoeg en bevat daardoor lang niet alle bouwstoffen die je dagelijks nodig hebt. Voor een kat geldt hetzelfde: alleen maar vlees bevat niet alle benodigde bouwstoffen.
In het wild eten ze ook niet alleen het vlees, maar ook de organen, botjes, huid en haar. Allen hebben hun functie, zoals lever voor vitamine A en botjes voor calcium. Als je geen tijd/zin/energie hebt om je in te lezen, zou ik zeggen: blijf lekker bij commercieel (nat)voer. Dit is bevat veel verschillende bouwstoffen die je kat nodig heeft.
Wil je rauw voeren, zorg dan dat je voldoende kennis hebt om een gebalanceerd dieet voor je kat klaar te maken. Tevens is er een praktische kant. Ziektekiemen zoals salmonella en E-coli maken je kat niet ziek, maar jou (en je kinderen) mogelijk wel. Handen en keukenwaar grondig wassen en het voer niet te lang laten staan verminderd de kans op besmetting. Hygiënische omgang is zeer belangrijk (lees een verhaal en een onderzoek hierover).
Conclusie: Kattenvoer vereist meer kennis dan je denkt
Ik onderschatte wat het betekent om je kat te voeren. Een beetje brokjes 's ochtends, wat natvoer 's avonds en een snoepje tussendoor - dat zal wel goed zijn. Maar als je er dieper induikt en er meer over nadenkt, hoe onlogischer dingen lijken.
Wat is jouw meest schokkende ontdekking over kattenvoer?
Bronnen
Schlesinger, D. P., & Joffe, D. J. (2011). Raw food diets in companion animals: a critical review. The Canadian Veterinary Journal, 52(1), 50.