Kattenvoer na castratie: Is Sterilised of Indoor voeding nodig?
Steeds meer katten worden gecastreerd. Daarbij worden de voortplantingsorganen verwijderd, waardoor het hormoon gestuurde krolse gedrag verdwijnt en je poes geen kittens meer kan krijgen.
Soms wordt aangegeven dat men moet opletten dat je kat niet aankomt na castratie. Helaas wordt niet vaak uitgelegd waarom, maar wordt sterilised voeding aanbevolen om dit onder controle te houden. Dit zou je kat gezonder houden na de castratie. Ik vroeg me af: Is speciaal voer voor gecastreerde katten nodig? En hoe werkt deze sterilised voeding eigenlijk?
Wat verandert er als je kat is gecastreerd?
Na de castratie is je kat niet meer vruchtbaar (let op: katers tot 6 weken na castratie nog wel!). Door het verwijderen van de voorplantingsorganen verandert ook de hormooncyclus. Daardoor zijn ze niet meer krols, wat een opluchting is voor jou en je kat.
Wat vaak vergeten wordt, zijn de andere implicaties van deze hormoonveranderingen. Zo krijgen ze meer eetlust, vertraagt hun metabolisme (stofwisseling) en gaan ze minder bewegen. Dit samen kan makkelijk zorgen voor gewichtstoename.
Dit betekent dat ondanks dat je kat graag meer wil eten, jij de calorieën toch waarschijnlijk moet gaan beperken om te zorgen dat hij niet te dik wordt. Als richtlijn wordt 25% minder calorieën aangehouden. Dit kan echter variëren van 10% tot 30%+, afhankelijk van de kat.
Meer lezen: Waardoor komt overgewicht na castratie?
Kattenvoer voor gecastreerde katten: “Sterilised” en “Indoor”
Gecastreerde katten hebben minder calorieën nodig. Hoeveel calorieën ze binnen krijgen, is afhankelijk van de voeding (hoeveel calorieën zitten hierin) en hoeveel ze eten.
Brokken
In normale adult kattenbrokken zitten rond de 370 kcal per 100 gram. Voor Sterilised ligt dat tussen de 330 en 340 kcal per 100 gram. Indoor varianten zijn rond de 350 kcal per 100 gram. Denk erom dat er uitzonderingen zijn die wel veel hoger zijn!
Wat betekent dat voor de hoeveelheid voer?
Wanneer je kat 25% minder calorieën mag, kun je dus iets meer in grammen voeren van Sterilised en Indoor varianten dan van gewone adult kattenvoer. Even een voorbeeldje voor een kat van 4 kilo. Een intacte kat mag 253 kcal per dag; een gecastreerde kat 190 kcal. Bij adult voer zou dat ongeveer 68 gram zijn voor de intacte kat versus 51 gram voor de gecastreerde kat. Van Sterilised zou dat 76 gram versus 57 gram zijn.
Intact | Castraat | |
Adult (normaal) | 68 gram | 51 gram |
Sterilised | 76 gram | 57 gram |
Van Sterilised brokken mogen ze dus iets meer hebben, waardoor de kans op overvoeren iets kleiner wordt. Met brokken kan dat makkelijk, omdat 51 gram voor velen zo weinig lijkt, dat het moeilijk te geloven is dat het ‘genoeg’ is. Zeker als je kat ook nog steeds komt vragen om voeding. Dat gezegd hebbende, ook als je kat teveel Sterilised voeding eet, kan hij te dik worden.
Natvoer
Voor natvoer dat bedoelt is voor gesteriliseerde katten geldt hetzelfde: Ze zijn minder calorierijk. Een normale voeding zit rond de 90 tot 100kcal per 100 gram, versus Sterilised natvoer dat onder de 85 kcal/100 gram zit. Hierbij is een hele duidelijk scheidslijn overigens niet te maken. Sommige normale natvoer zit ook zo laag.
Hoe maken ze Sterilised minder calorierijk?
Heel simpel gezegd: ze vervangen de vetten. Vetten bevatten namelijk 9 kcal per gram, terwijl eiwitten en koolhydraten en eiwitten slechts 4 kcal per gram bevatten. Dat betekent dat je daarvan dus meer dan 2 keer zoveel kan eten dan van vetten.[1]
Dat betekent overigens niet dat vetten slecht zijn! Vetten hebben veel essentiële functies, zoals smakelijkheid, essentiële vetzuren als ook voor vet oplosbare vitaminen.
De vraag is: Als de vetten eruit gaan, waardoor worden ze dan vervangen?
Een klein gedeelte door eiwitten, maar het meeste helaas door koolhydraten. Zeker in brokjes. Want koolhydraten zijn goedkoop en eiwitten zijn duur. Dit wordt zowel gedaan in sterilised, indoor als light voeding.
Dit wordt ook duidelijk als ik Sterilised en Indoor brokken analyseer. Op basis van energieprofiel is normale adult voer gemiddeld 33% eiwit, 40% vet en 27% koolhydraten. Sterilised is 36% eiwit, 31% vet en 33% koolhydraten. Indoor zit op 36% eiwit, 25% vet en 39% koolhydraten.
Energieprofiel | Eiwit | Vet | NFE* |
Adult (normaal) | 33% | 40% | 27% |
Sterilised | 36% | 31% | 33% |
Indoor | 35% | 26% | 39% |
*NFE = Nitrogen Free Extract, de koolhydraten zonder vezels.
Wat mij tevens opvalt, is dat juist de grote merken (Hills en Royal Canin) boven de 40% metaboliseerbare energie (ME) koolhydraten zit. Vergeleken met katten in het wild (2%ME), een experiment waarin katten zelf mochten kiezen (12%ME) en het gevonden koolhydratenplafond (25%ME) is dit enorm veel.
Hoe belangrijk zijn eiwitten voor de gezondheid?
Misschien is het je ook opgevallen dat zowel Sterilised als Indoor gemiddeld hoger zijn in eiwitten dan in adult. Eiwitten zijn erg belangrijk voor katten en hun minimum ligt hoger dan van mensen en honden.
Wat optimaal is, is altijd de vraag. In een experiment waarin katten zelf mochten selecteren uit voeding, aten ze gemiddeld 52% van hun calorieën uit eiwitten, net zoals wilde katten. In een onderzoek dat het minimum vergelijk met optimaal spierbehoud, bleek dat dit ongeveer 30%ME voor intacte katten was en 40%ME voor gecastreerde katten.
Misschien kijk je nu direct terug naar de tabel hierboven. Voor voeding dat speciaal bedoelt is voor gecastreerde katten, is het gemiddelde te laag. Maar liefst 35 van de 40 Sterilised en Indoor brokvoeding die ik analyseerde zat onder de 40%ME eiwit.
Waarom is dit zo belangrijk?
Eiwitten verzorgen de ‘lean body mass’ (LBM): de spieren, organen en huid. LBM heeft een ondersteunende functie in het immuunsysteem en zelfs een milde eiwit tekort kan het immuunsysteem aantasten. Hierdoor wordt de kans op allerlei ziekten dus groter. Tevens speelt het een primaire rol in de hoeveel energie er nodig is (oftewel de snelheid van de stofwisseling). Een lagere LBM zorgt voor minder energieverbruik, waardoor de kans op overgewicht (maar ook suikerziekte) stijgt. [2]
Andere claims van Sterilised voeding
Naast dat Sterilised voeding claimt dat gecastreerde katten minder voeding nodig hebben (wat dus waar is!), hebben ze nog meer claims:
- Er zitten minder koolhydraten (zoals zetmeel) in, zodat de kat zich sneller vol voelt.
- Meer eiwitten ter ondersteuning van de spieren
- Blaasondersteuning op de pH van de urine tussen de 6 en 6,5 te houden
- Toegevoegde L-carnitine voor een betere verwerking van de vetopslag
Minder zetmeel
Zoals je net al zag, zitten er juist méér koolhydraten in de voeding. Als ze claimen dat er minder zetmeel in zit, dan moeten dit meer simpelere suikers zijn. Immers, bij de NFE zijn vezels niet meegenomen. Dit maakt het er niet beter op mijn inziens.
Wel zitten er meer vezels in Sterilised (gemiddeld 4,1%) en Indoor (gemiddeld 4,3%) dan in adult varianten (gemiddeld 2,7%). Deze vezels zouden een verzadigend effect hebben en verlagen ook de energie waarde. Echter kan het ook de opname van eiwitten verminderen en er wordt suggereert dat het kan leiden tot geïrriteerde darmen. Royal Canin Appetite Control heeft in de Indoor 7,1% en de Sterilised zelfs 9,2% vezels!
Meer eiwitten
Ja, ze hebben gemiddeld meer eiwitten dan normale adult varianten. Helaas zijn er veel varianten onder de 40%ME, en zijn er zelfs Sterilised varianten onder de 30%ME (Royal Canin Indoor bijvoorbeeld). Daarentegen zijn er ook normale adult varianten die wel boven de 40%ME eiwitten zitten, terwijl dit niet ‘speciaal voor de gecastreerde kat’ is.
Om deze reden is het belangrijk elk individuele voeding te bekijken, en niet blind te varen op de claims van 'meer eiwit'. Bovendien is de kwaliteit van eiwitten ook belangrijk en probeer ik gehydrolyseerde eiwitten zoveel mogelijk te vermijden.
Blaasondersteuning
Blaasproblemen kunnen ontstaan door te weinig vocht en een pH die afwijkt van normaal. Voor het eerste wordt soms zout (natrium) toegevoegd, zodat je kat gestimuleerd wordt te drinken. Voor het tweede wordt vaak DL-methionine toegevoegd, om het alkaliserende (ontzurende) effect van koolhydraten tegen te gaan. Een alkaline urine verhoogt het risico op blaasgruis (struviet) namelijk aanzienlijk.
Mij komt dit altijd paradoxaal over. Met natvoer sla je twee vliegen in één klap zonder toevoegingen. Het zorgt voor een betere vochtinname en de eiwitten verzuren ook.
L-carnitine
Dit ingrediënt wordt ook vaak genoemd bij calorie arme diëten (‘light’) om je kat te laten afvallen. Het zou helpen om de vetopslag beter te verwerken. Echter blijkt dat dit alleen goed helpt bij inname van veel koolhydraten, wat voor de kat niet goed is.
Tevens wordt er gezegd dat er 500mg/kg voer in moet zitten voor een effect (zelfs door Hills!), terwijl de hoeveelheden in het voer veel lager zijn dan dat (soms slechts 40mg/kg!). Laat je dus niet misleiden, maar lees zelf even de ingrediëntenlijst door.
Wat voor voeding is geschikt na castratie?
Voor alle katten, intact of gecastreerd, raad ik altijd natvoer aan (of rauwe voeding als je je daarin wil inlezen). Dit bevat over het algemeen meer eiwitten en minder koolhydraten. Bovendien bevat het vocht in de voeding, waardoor de vochtopname aanzienlijk verhoogt wordt. De eiwitten en vocht samen zorgen voor een betere verzadiging.
Natvoer is ook veel calorie armer dan brokken. Gemiddeld kun je zeggen dat je in grammen 4 keer zoveel kan geven als van brokken. Daardoor vult de maag letterlijk meer en werkt de verzadiging signalering beter. Vergelijk het met een Mars eten of een krop sla: Na een kwart sla heb je echt wel genoeg, maar na die ene Mars, kan er echt nog wel een tweede bij.
Voor katten met enorm toegenomen eetlust of katten die op een streng dieet moeten is natvoer echt een uitkomst en mogelijk zelfs noodzakelijk om bedelen te stoppen.
In mijn voerlijsten (zie menu) vind je natvoedingen voor verschillende leeftijden.
Is Sterilised voor je gecastreerde kat nodig?
Sterilised of Indoor brokjes zijn marketingtechnisch slim bedacht. Door de calorieën per 100 gram te verminderen, kunnen katten iets meer eten zonder direct aan te komen. Echter voldoen de meeste merken niet aan de eisen die ik stel. Daarom beveel ik die niet aan.
Regulier voer zou prima voldoen, maar er moet wel rekening gehouden worden met de verminderde calorie behoefte. Dat betekent dat als je het bij hetzelfde voer houdt, je hiervan minder geeft. Hoeveel dat is kun je heel simpel en snel berekenen met de Voedingstool.
Dat betekent niet dat elke kat hetzelfde is. De ene kan meer krijgen dan de andere, zowel voor als na castratie. Hiervoor moet je een oogje houden op het gewicht en de Body Condition Score (zie ook: Het ideale gewicht voor je kat), zodat je de hoeveelheid kunt aanpassen op jouw individuele kat.
Als je per se brokjes wil geven, meet dan de hoeveelheden af. Omdat brokjes erg calorierijk zijn, geef je al snel te veel. Vrij voeren is niet verstandig: uit onderzoek blijkt dat de gewichtstoename dan heel hard kan gaan (vooral door de toegenomen eetlust van de kat stopt hij minder snel).
Kwalitatief natvoer heeft altijd mijn voorkeur, vanwege het vocht en de eiwitten. Vlees zorgt ook voor een normale/zuurdere urine en het vocht voert de mineralen tijdig af, zodat blaasgruis minder kans krijgt. Mijn topselectie vind je in de voerlijsten..
Bronnen
Laflamme, D. P., & Hannah, S. S. (2013). Discrepancy between use of lean body mass or nitrogen balance to determine protein requirements for adult cats. Journal of feline medicine and surgery, 15(8), 691-697.
Hewson-Hughes, A. K., Hewson-Hughes, V. L., Miller, A. T., Hall, S. R., Simpson, S. J., & Raubenheimer, D. (2011). Geometric analysis of macronutrient selection in the adult domestic cat, Felis catus. Journal of Experimental Biology, 214(6), 1039-1051.
Salaun, F., Blanchard, G., Le Paih, L., Roberti, F., & Niceron, C. (2017). Impact of macronutrient composition and palatability in wet diets on food selection in cats. Journal of animal physiology and animal nutrition, 101(2), 320-328.
[1] Zodra het verwerkt wordt in een commerciële bewerkte voeding, houd ik 3,5 kcal per gram eiwit en koolhydraten aan, en 8,5 voor vetten (Modified Atwater). Dit komt omdat ze door de verhitting minder verteerbaar zijn.
[2] Laflamme, D. P. (2005). Nutrition for aging cats and dogs and the importance of body condition. Veterinary Clinics: Small Animal Practice, 35(3), 713-742.