Ook in kattenland worden behoorlijk wat boeken geschreven die interessant zijn om meer te leren over allerlei onderwerpen. Het boek van dierenarts Tannetje Koning gaat over voeding zelf maken voor honden en katten.

Het boek begint met een aantal hoofdstukken die uiteenzetten waarom commerciële voeding (met name brokken) geen goed idee zijn voor onze lieve dieren. Hier beschrijft ze bijvoorbeeld gezondheid als “meer dan vrij zijn van ziekten”.

"Gezondheid is meer dan vrij zijn van ziekten."

Dit is een van de belangrijkste aannames die ze doet, waar ik het helemaal mee eens bent. Proberen om je kat zo optimaal te laten leven, vrij van “kleine klachtjes”, en proberen de weerstand optimaal te maken zodat ze kunnen doen waar ze zin in hebben.

Daarna legt ze ook uit waarom veel dierenartsen brokken blijven aanbevelen: ze weten niet beter. Ook heb ik hier wat research naar gedaan, en kwam erachter dat de opleiding zelf al zeer weinig voedingslessen geeft en dat deze ook nog eens gedeeltelijk of helemaal door de brokfabrikanten gegeven wordt. Voor nascholing geldt veelal hetzelfde.

Toegegeven; het is niet makkelijk om je te verdiepen in voeding. Het kost ontzettend veel tijd, en dierenartsen in opleiding moeten al gigantisch veel leren. Maar dat maakt ze eerder medisch specialisten dan voedingsspecialisten, iets wat velen met elkaar verwarren.

In het tweede deel van het boek beschrijft ze verder de stromingen in het vers voeren. Persoonlijk vond ik dit een prettige en makkelijke opsomming, waarbij je snel kunt kennismaken met diverse methoden. Het nadeel ervan is dat het weer merendeel gericht is op honden, waardoor de toepasbaar voor katten minder is.

Daarna volgt een hoofdstuk met tips over wat je kunt voeren aan vlees, bot, groente, orgaanvlees en supplementen. Dit is nog meer gericht op honden, maar joepie: er zit ook een weekrecept in voor katten! Dat kun je in ieder geval als startpunt.

Je moet je wel beseffen dat deze stukken zeer basic zijn. Er wordt niet (diepgaand) besproken welke onderdelen welke voedingsstoffen leveren. Eerder in het boek geeft ze aan dat juist dit boekje ervoor is om geen fouten te maken, maar daarvoor vind ik dit boekje te simplistisch en niet diepgaand genoeg.

“Het is ook niet zo dat u zomaar wat aan uw hond of kat kunt geven. Het vereist wel enige inspanning om te achterhalen hoe u geen fouten maakt. Maar daar is dit boekje nu juist voor geschreven.”

Tevens geeft ze aan het begin van het boekje aan dat als je genoeg energie voert met voedingsstoffen die ruimschoots aanwezig zijn, ‘er niets mis kan gaan’. Ook dit vind ik een te simplistische voorstelling van zaken.

“Als u zorgt dat alle nutriënten (voedingsbestandsdelen) ruimschoots aanwezig zijn, haalt het dier er zelf uit wat hij nodig heeft. Het enige waar u op hoeft te letten is of de hoeveelheid energie klopt. Dat doet u door in de gaten te houden of het dier niet te dik of te dun wordt. En als u dan maar genoeg variatie aanbiedt kan er niets mis gaan.”

Conclusie: Best leuk beginnersboekje

Door de praktische ervaring van een dierenarts zie je voeding eens door een andere bril dan via een brokken-dierenarts. Samen met beschreven casussen zie je echt hoe zelf samenstellen dieren kan helpen. Verder is het makkelijk geschreven, met simpele woorden en bijna in spreektaal.

Persoonlijk vind ik het jammer dat er weinig diepgang is; dit boekje is echt de absolute basis. Tevens vind ik het jammer dat het wordt voorgesteld alsof zelf samenstellen zo gebeurd is, terwijl er echt wel behoorlijk wat tijd in gaat zitten om te begrijpen wat je doet. Alleen voldoende variatie en energie aanbieden is wat mij betreft een veel te eenvoudige stelling. Ik ben bang dat mensen hierdoor overmoedig worden en zich te weinig verder verdiepen. Dat kan ook gevolgen hebben voor de katten (en honden).

Ben je nog maar net begonnen met voeding voor dieren, dan is dit boekje interessant om snel de basis te leren. Je kunt het bestellen bij bol.com. Heb je echter al meer kennis, dan zou ik gaan voor een meer diepgaand boek.